Geen enkel van de Europese landen ademt meer “zon-zee-strand” uit dan Spanje. In het zuidwesten van Europa bevind zich het schiereiland dat Spanje is, met een oppervlakte van bijna 506 000 km², maar daarnaast horen ook de eilandengroepen bij Spanje: de Balearen, de Canarische Eilanden en de Spaanse exclaves bij Noord-Afrika. Toch is er in Spanje meer te zien dan mooi weer en cocktails. Mooie steden zijn bijvoorbeeld Barcelona en Madrid. Deze steden kennen ook een bruisend nachtleven.Verder is Andalusië een prachtige streek als je houdt van traditionele cultuur: flamencodansen is daar nog een druk beoefende hobby. Spanje heeft veel sterke voetbalploegen, die ook veel supporters heen en weer doen reizen. En hoewel erg omstreden, blijven ook de stierengevechten elk jaar veel toeristen trekken.

Het klimaat zit in Spanje altijd wel mee. Zelfs bij de Pyreneeën is het fris en nat, maar nooit echt dramatisch. Sommige gebieden kennen wel extra neerslag. Spanje is een heel divers land, ook op culinair vlak. Vele wijnen worden vanuit Spanje uitgevoerd en ook de cava’s zijn een typisch Spaans product. Lekkere worsten zoals chorizo en gerookte hammen zijn ook een typisch Spaanse lekkernij. Spanjaarden eten over het algemeen ook twee keer warm per dag! Een plaats voor lekkerbekken!

Spanje heeft 105 vliegvelden en een uitgebreid treinennetwerk. Sporen kan je echter niet zonder overstap aan de landsgrens, omdat in Spanje een andere spoorbreedte geldt dan in de rest van Europa. Alle grote steden hebben een metronetwerk.

De voertaal in Spanje is Spaans, maar dat is niet echt eenduidig. In feite zijn er vijf officiële talen en twee niet-officiële talen. Elke streek verdedigt zijn eigen dialect. Maar met het Spaans kan je overal terecht en in de grote steden wordt ook Frans of met wat geluk Engels gesproken.